Wereld:

Harde cijfers over het oppervlak bos dat illegaal wordt gekapt zijn uiteraard schaars.
Vast staat echter wel dat eerdere schattingen van de Wereld Bank in het begin van de jaren negentig - 500.000 hectare per jaar – sterk verouderd zijn.
Het totaal van de schattingen die voor diverse landen elders in dit rapport worden aangehaald, suggereren eerder dat door illegale kap en houthandel jaarlijks miljoenen hectaren bos worden aangetast (Indonesië 800.000 hectare; Brazilië 600,000 -800,000 ha etc.).

Vanwege de grote moeilijkheid om aan precieze cijfers te komen over illegale houtkap in de hele wereld gaan we de drie grote houtexporteurs bespreken: Indonesië, Rusland en Brazilië. Deze landen hebben niet toevallig ook allemaal grote gebieden oerbos binnen hun grenzen.Zij zijn zo goed als representatief voor de wereld.

Indonesië

In 1999 importeerde Nederland 163.000 kubieke meter tropisch hout uit Indonesië, exclusief het Indonesisch hout dat Nederland via andere landen (met name Maleisië en Singapore) importeert. Daarnaast werd een onbekende hoeveelheid teakmeubelen en 42.000 m3 cellulose uit Indonesië ingevoerd.
Ten opzichte van 1998 is de Nederlandse houtinvoer uit Indonesië met 25% gestegen. Tussen 1997 en 1999 nam de Nederlandse invoer van tropisch triplex (voornamelijk uit Indonesië) met 29% toe. De Doe Het Zelf- en tuinbranche importeert sinds 1998 FSC-gecertificeerde tuinmeubelen uit Indonesië.
Door de Nederlandse houthandel wordt geen aantoonbaar duurzaam geproduceerd hout in Indonesië ingekocht. Uit recent onderzoek van het Indonesisch Ministerie van Bosbouw en Plantages en het UK Tropical Forest Management Program blijkt dat in Indonesië op grote schaal illegaal wordt gekapt. 70% illegaal gekapt In 1997 werd 50% meer hout en pulp verbruikt dan wat officieel beschikbaar kon zijn op basis van de geautoriseerde houtkap en houtinvoer. Een jaar later bleek de situatie verder uit de hand gelopen: in 1998 was van liefst 57 miljoen kubieke meter hout de herkomst onbekend.
Dit komt overeen met ruim 70% van de totale nationale houtproductie!. De gederfde inkomsten bedroegen US$ 365 miljoen. De houtbalans van Indonesië in 1998 was:


Binnenlandse houtconsumptie 51,1
Export 48,9
Import - 21,9
Balans (werkelijke nationale productie) 78,1
Legale productie 21,4
Verschil legale productie en consumptie 56,7

De situatie in Indonesië is in de loop der jaren ernstig verslechterd.
In 1992 werd naar schatting al 300.000 hectare bos in Indonesië illegaal gekapt; in 1997/98 was dit toegenomen tot ruim 800.000 hectare.
Vrijwel geen van de bosrijke nationale parken in Sumatra, Kalimantan en Sulawesi zijn van illegale houtkap gevrijwaard.
Beschermde gebieden worden veelal omringd door zagerijen die zonder houtkapvergunning toch volop zaken doen. Onderzoekers van de Environmental Investigation Agency en Telapak ontdekten dat allerlei beschermde houtsoorten in alle openheid werden gekapt in verscheidene nationale parken. Onderzoekers kwamen achter de grote brutaliteit van de houthakkers door zich rond een nationaal park voor te doen als potentiële klanten.
Zo ontdekten ze hoe de illegale transacties tussen klant en koper verlopen:

“Tijdens een eerste bijeenkomst op Tanjung Lingga’s hoofdkantoor werd ons verteld dat het bedrijf zowel legale als illegale diensten kon bieden.
De illegale aanpak werd aanbevolen, zodat de exportbelasting van 30% ontdoken kon worden.
Verder werd geadviseerd de illegale transactie te verdoezelen door een kleine partij hout legaal te exporteren om daarmee de nodige papieren te bemachtigen. Het bedrijf ondervond de minste problemen met de illegale export naar Hong Kong, Taiwan, Singapore en Maleisië”

De situatie in Indonesië is zó ernstig uit de hand gelopen dat de lokale bevolking in Indonesië recentelijk meer dan 50 houtbedrijven blokkeerde en het kappen onmogelijk maakte. De bedrijven bezitten een bosgebied van 10 miljoen hectare (2,5x Nederland). De lokale gemeenschappen verzetten zich tegen deze bedrijven omdat zij in bosgebieden kappen die tot het inheems grondgebied behoren, zonder enige compensatie voor het hout en de aangerichte schade te bieden.
Door deze actie is daar enige verandering in gekomen, er wordt nu wat beter gelet op een eerlijke verdeling. De overheid wil een deel van de inkomsten terugsluizen naar de bevolking. De Indonesische bosbescherming publiceerde later ook gegevens over “legaal” hout. Dit blijkt voor slechts 1 procent van plantages afkomstig te zijn. De helft van het de complete houtproductie is afkomstig uit selectief gekapte bossen. Waarschijnlijk wordt er in deze bos niet erg streng gelet op bosbeheer. En al zeker niet of er enige vorm van herstel mogelijk is. Maar nog altijd wordt eenderde van het hout verkregen door kaalkap.
Dit getal neemt zelfs nog toe: recente cijfers wijzen op een aandeel van maar liefste 40 procent.
In Nederland is overeengekomen dat dit hout in geen enkel geval als ‘duurzaam geproduceerd’ kan worden beschouwd.

Brazilië

In 1999 importeerde Nederland 92.000 kubieke meter tropisch hout uit Brazilië. Vanwege de grote biodiversiteit in Brazilie zijn dit vele soorten. Deze soorten worden toegepast in de woning en waterbouw en het interieur (meubelen, parket). Sinds enkele jaren worden deze soorten ook met het FSC-keurmerk op de markt gebracht. Brazilië is op dit moment de belangrijkste Nederlandse leverancier van tropisch FSC-hout maar desondanks nam de totale invoer van Braziliaans hardhout in 1999 ten opzichte van 1998 met 10% af.
Volgens de Braziliaanse minster van Milieuzaken in de Amazone, Mary Allegretti, blijkt uit recente onderzoeken dat in 1998/99 1,7 miljoen hectare Braziliaans Amazonebos verloren ging, hoofdzakelijk door illegale kap.
Het Ministerie van Milieu (IBAMA) schat dat 80% van het hout dat in het Amazonewoud wordt gekapt van illegale oorsprong is. Het bosareaal dat bij daarbij gemoeid is, wordt geschat op minstens 600.000 tot 800.000 hectare. Door de illegale kap en illegale houthandel gaat, volgens rapporten in de Braziliaanse media, US$ 1,2 miljard per jaar aan de Braziliaanse staatskas voorbij.
De controle door het Braziliaanse milieuministerie IBAMA is de laatste jaren aangescherpt al wordt nog steeds een klein deel van de boetes daadwerkelijk betaald.

“Omdat wij weinig kunnen doen om het aanbod (van illegaal hout) te stoppen, is het aan de mensen uit de Eerste Wereld de vraag te stoppen” José Lutzenberger, voormalig Minister van Milieu Brazilië.

In 1996 riep Brazilië zelf een verbod af op de uitgifte van nieuwe kapvergunningen voor de houtsoorten: mahonie en virola.
Dit verbod is tot op heden van kracht. De controle van houtkapbedrijven blijft echter een moeizame zaak: de controle-instantie heeft gemiddeld slechts één inspecteur voor een gebied ter grootte van 4 miljoen hectare (ruimschoots het oppervlak van heel Nederland).

Rusland

In 1999 importeerde Nederland 684.000 kubieke meter hout uit de voormalige USSR. Daarnaast werd 64.000 m3 cellulose uit Rusland ingevoerd. Naast de directe invoer wordt Russisch hout ook via Scandinavië en de Baltische Staten naar Nederland gehaald. Het grootste gedeelte van het ingevoerde Russisch hout is vuren en grenen, dat met name in de bouw wordt verwerkt.
Russisch hout is in Nederland in opkomst, met name het Siberisch lariks wordt vanwege de lage prijs steeds vaker voor dakbedekking toegepast. Het lariks dat met het FSC-keurmerk op de Nederlandse markt verkrijgbaar is, is uitsluitend uit inlandse bossen afkomstig.
Grootschalige corruptie Illegale (“maffia”) praktijken zijn door heel Rusland problematisch. Uit een grootschalig onderzoek (uitgevoerd door verschillende milieuorganisaties) blijkt dat 25 tot 40 procent van alle bedrijven in Rusland corrupt zijn. De “schaduweconomie”(zwarte markt) vertegenwoordigd een waarde van ongeveer 40% van het Russisch BNP en illegale houtkap en houtexporten vormen een groot deel van de schaduweconomie in het Russisch Verre Oosten en Siberië.
In Rusland zelf weet men zelf ook heel goed wat er aan de hand is: Een directeur van een van de grootste houtbedrijven uit Rusland zegt: “Zeker 40 tot 50% van het Russisch hout wordt tegen dumpprijzen en met contracten waarmee is geknoeid aan de landen van de Pacific Rim verkocht.”
Om cash inkomsten te verwerven ontwikkelden de districtskantoren van de Russische bosbouwdienst (leskhozy) zich tot de meest actieve houtkappers en organisatoren van illegale kap van beschermde houtsoorten (zie hiervoor ook: Manieren van illegale kap Rusland) Volgens het hierboven genoemde rapport zijn de boetes in het Russische Verre Oosten en Siberië zo laag, dat het voor de bedrijven voordeliger is met de illegale praktijk door te gaan en nu en dan de boetes te betalen.
In Europees Rusland is de situatie niet beter.
Enige jaren geleden werd 30 tot 50% van het hout dat in de deelstaat Karelië werd geproduceerd illegaal door Russische, Finse en Zweedse bedrijven verhandeld. Er werd minstens 140% meer hout geproduceerd dan aan de autoriteiten werd gerapporteerd. Door het vervalsen van documenten loopt de overheid jaarlijks naar schatting 15 miljoen roebel (US$ 2.6 miljoen) mis.