Wat gebeurt er met de aarde als de Oerwouden verdwijnen?

Ontbossing is niks nieuws.

Ontbossing is niks nieuws. De Phoeniciërs begonnen 5000 jaar geleden met het kappen van de cederwouden van Libanon en rond het begin van onze jaartelling was er van het land weinig meer over dan troosteloze kale hellingen.
Ondanks de beperkte middelen van die tijd zijn die mensen er dus al in geslaagd om het landschap blijvend te veranderen, zo niet te vernielen.
Eigenlijk is de (ongelijke) strijd tegen de bossen zo'n tienduizend jaar geleden begonnen met de neolithische revolutie: vanaf dat moment gingen mensen bos ontginnen om gewassen te verbouwen en vee te houden, in plaats van met jagen en verzamelen in hun voedsel te voorzien.
De komst van de stad en later de industriële revolutie en het kapitalisme hebben het opslokken van het bos verhevigd.
Vorige eeuw werd het laatste stukje Nederlands oerbos ergens op de Veluwe gekapt: het resterende bos is cultuurbos, door de mens aangelegd.
In Europa is nog 5 procent van het oorspronkelijke woud over, vooral in het noorden van Scandinavië.
Wereldwijd is de helft van het oerbos inmiddels verdwenen.
Vanwege de huidige technieken die ontwikkeld zijn om zo snel mogelijk bomen te kunnen kappen en de brute methoden die gebruikt worden gaat het ontbossen in een ontzettend tempo.
Door het kappen ontstaan verschillende problemen die het voortbestaan van dieren, mensen en zelfs dat van de aarde zelf kunnen bedreigen.

Neerslag

Om te beginnen is er het probleem van de verstoring van de neerslag. En ook de massale problemen die dat met zich mee kan gaan brengen.
Om deze bewering te ondersteunen zijn er nu al enkele waarnemingen te doen die niet veel goeds voorspellen voor de toekomst.
Een goed voorbeeld is de orkaan die om de zoveel tijd het vaste land van de beide Amerika's teistert.
De orkaan, die El Niño wordt genoemd, bestaat al heel lang, maar de effecten waren in het verleden niet zo erg.
Nu brengt het verschijnsel veel meer droogte met zich mee. Tropische regenwouden zijn namelijk enorme waterverdampers. Door houtkap in de Amazone verdampt er minder water, zit er minder vocht in de lucht en regent het elders minder.
Neerslag verdampt namelijk via de bovenste lagen van de tropische begroeiing en vormt zo opnieuw wolken en neerslag.
Diezelfde neerslag en wolken beschermen de dicht bij de evenaar gelegen tropische zone tegen de schadelijke invloed van de felle zonnestralen. Door ontbossing kan de neerslag niet verdampen en dus geen nieuwe neerslag meer vormen.
Hierdoor zullen de tropische gebieden dus langzaam opwarmen. Doordat alle werelddelen onderling met elkaar in verbinding staan via lucht- en waterstromen zullen zo ook de andere werelddelen opwarmen.
Een ander gevolg van globale verwarming is de stijging van de zeespiegel.
Het bekendste voorbeeld hiervan is wel het ijsschild van Antarctica dat momenteel smelt.
De Nederlandse rivieren zorgen bijvoorbeeld tijdens gewone natte winters al voor heel wat problemen, maar bij een gestage stijging van de zeespiegel zullen de problemen alleen maar groter worden.